Stadse opstelling in klein diorama

Showcases  — wo. 11 sep. 2024

Gebouwd door:
Luc Dooms.
Voorstelling:
Waar het station en de stad samensmelten.
Stijlperiode:
Omstreeks 1990-2000.
Schaal:
1:87(H0)
Afmetingen:
C.a. 540 x 370mm.
Met Markenburg:
Bebouwing, interieurs, perron, passerelle, diverse details en bestrating.

Dit kleine diorama geeft een groots gevoel. Een stedelijke context waar de samensmelting plaatvind tussen het stedelijke weefsel, zoals diverse vormen van infrastructuur.
Voetgangers, fietsers, ruimte voor autoverkeer en uiteraard het railverkeer hebben allemaal een plaats, die naadloos overgaan in elkaar.
De fraaie en vernuftige details zorgen ervoor dat de aandacht van de kijkers er lang bij blijft. Je verbeelden hoe je zelf door deze omgeving heen zou bewegen, en wat je zou voelen en doen is verleidelijk. Of anders wel hoe je ook zoiets gaafs in model kan maken. Zodoende dat we in deze showcase graag even stilstaan bij de fraaie details en het daarmee gemoeide vernuft van Luc Dooms.

Waar het station en de stad samensmelten.
Vernuft:

Het zijn tal van kleine dingen die veelal op subtiele wijze een hoge mate van vernuft ademen. Dingen die het leven van de modelbouwer makkelijker maken of het diorama een stuk levendiger maken. En dan het liefst met slechts kleine ingrepen op de doorgaans standaard bouwpakketten en bouwmethoden. Neem de telefooncel met de geopende deur. Natuurlijk slechts een kleine opgave om de deur op een kier te laten staan bij de bouw ervan. Maar er moet uiteraard al wel over nagedacht worden vanaf de eerste minuut. En wat is het verhaal? Heeft de veer die normaal gesproken de deur altijd stevig sluit de geest gegeven? Of is de laatste beller zojuist plots gaan rennen om nog net die laatste trein te kunnen halen? In die “zelfde categorie” zouden ook een open (dak)raam en een platte fietsband kunnen passen.
Op een grotere schaal begint het al met het ontwerp van het diorama zoals het pleintje met omkadering, al komen we daar nog graag op terug in de “compositie”.
Daarop volgend komen de inrichtingsdetails. Er zijn verschillende voetgangers ruimtes. Bijvoorbeeld ook die van het pleintje. Laten we daarvan de bestrating even onder de loep nemen. Qua kleuren mooi in samenspel met elkaar, en qua materialisatie zien we standaard 30 x 30cm formaat tegels voor de trottoirs en een fraai waaierveband van kinderkopjes of kasseien. Daarmee wordt subtiel de suggestie gewekt dat de bestrating geschiedenis heeft, wat mooi past bij de thematisering van de bebouwing.

Woninginrichting in halfreliëf bebouwing.
In de omgeving:

Halfreliëf gebouwen lenen zich wellicht nog beter voor een interieur, dan de volreliëf gebouwen. Want anders dan bij volreliëf gebouwen kun je bij half reliëf gebouwen via de achterkant nog altijd bij het interieur komen. Maar daar kan wat Luc betreft nog wel een schepje bovenop. Want als we dan een groot gebouw met meerdere verdiepingen hebben, is het misschien wel handig als ieder interieur per kamer nog uitneembaar blijft. Mocht een ander interieur gewenst zijn of als een meubelstuk toch niet helemaal naar wens blijkt te passen, is het veranderen of uitwisselen nog heel eenvoudig. Luc heeft dit praktisch aangepakt door met wat kartonnen wandjes, plafonds en vloeren, kamers te maken die als "laden" in het skelet van het gebouw geschoven kunnen worden. Dat maakt ook dat de wand en vloerbekleding makkelijk is aan te brengen op nog vlak op de snijmat liggende oppervlakten. Veel eenvoudiger dan “behangen” in je net opgetrokken modelbouwpand.

Zelfgemaakte uitneembare kamer modules.
Eén van de vele doorkijkjes.
Compositie:

Door gebruik te maken halfreliëf gebouwen, tegen meerdere randen van het diorama krijgt het pleintje een goed gethematiseerde omkadering. De hoogte, stijl en zelfs inrichting van de bebouwing doet er toe. Zo ontstaan er ook verschillende interessante doorkijkjes, wat uitnodigt om het diorama vanuit alle mogelijke hoeken te bewonderen. Door de panden dan ook nog in te richten en het pleintje passend aan te kleden komt het geheel helemaal tot leven. Het geeft aan alle kanten tal van aanleidingen om over de grenzen van de fysieke dioramaranden heen te fantaseren.
Wellicht zou het zelfs nog mogelijk zijn om met kleine spiegelende oppervlakten aan de randen, de lange lijnen in het diorama te accentueren. Bijvoorbeeld die van het spoor of de straat. Een techniek die niet altijd makkelijk toe te passen is, maar wel bijna letterlijk veel extra’s brengen kan.
Wat bijna niet opvalt is dat er in dit diorama voor gekozen is om vrijwel uitsluitend met Markenburg materialen te werken. (Spoor, personen en beplanting uitgezonderd.) En zeker dan kan wel gesteld worden dat de bouwer ver gekomen is! Toch zouden we vanuit Markenburg aanmoedigen om als bouwer gerust te shoppen en dingen te combineren. Hoewel niet in ons assortiment, zou de bouwer (straat)verlichting in een diorama wel heel mooi kunnen toepassen. Desalniettemin werken de vele details, en de sfeer die dit diorama ademt, bijzonder motiverend.